De toekomst van het kantoor ís wonen, werken en winkelen

De onderwerpen van Wikistedia als titel van mijn blog. Niet omdat ik zo graag op alle pagina’s van het online platform van Syntrus Achmea sta, maar omdat ik wil zeggen dat we aan functiemenging doen. In 2030 is functiemenging de normaalste zaak van de wereld.

Het nieuwe werken is (slechts) het begin
Robbert Arkenbout en Milan Bergh, partners van het planontwikkeling bedrijf APTO, inspireren als het gaat om de toekomst van het kantoor. Of eigenlijk om de toekomst van de gebouwen die ooit fungeerden als kantoor. In een interview door de vastgoedbeheer adviseur Dick Ausems vertellen zij over de kantoorgebruiker van de toekomst. Naar hun idee staat niet het gebouw, maar de gebruiker centraal. In het interview noemen de partners van APTO de toename van het werken via digitale communicatieplatforms, via ‘the cloud’. Deze platforms maken het netwerken en samenwerken op afstand gemakkelijker. Om elkaar tegen te komen en samen te werken hoef je niet in één kantoor te werken, laat staan hetzelfde werk te doen. Sterker nog: ieder kan zich focussen op zijn eigen specialisme en zich hiermee profileren in een samenwerkingsverband. Los van een bedrijf en een kantoor. Volgens APTO zal het aantal specialisten en daarmee het aantal kleine bedrijven dan ook blijven toenemen. Grote multinationals zullen niet verdwijnen, zeggen zij erbij, maar de bedrijfsstructuur zal veranderen naar een meer flexibele structuur. Dat klopt: bedrijven werken steeds vaker in een netwerkstructuur in plaats van een hiërarchische structuur.

Vernieuwde bedrijven, vernieuwde kantoren
De plattegrond van een kantoorgebouw werd voorheen ook ingericht op de hiërarchie van de bedrijven: per verdieping kleine hokjes voor de ‘werkers’, iets grotere hokjes voor de ‘managers’ en her en der een vergaderzaal. Op de bovenste verdieping vindt men vaak de grootste kamer. Die is voor de directeur: de leider. Omdat we niet meer in hiërarchische kantoren werken, zijn deze kantoren overbodig geworden. De nieuwe plattegrond verandert volgens architect Milan Bergh letterlijk mee: deze wordt een vaste core-office, met daar omheen als het ware een flexibele schil. De netwerkstructuur heeft fysiek minder ruimte nodig en de flexibele gebruiker deelt zijn tijd anders in. Het is hierom logisch dat we meer nodig hebben dan een werkplek. We willen onze samenwerkingspartners ontmoeten, tussendoor sporten en een warme maaltijd nuttigen als zes uur halverwege onze werkdag valt. Er is behoefte aan toevoeging van (openbare) functies zoals een restaurant, een café, een fitnessruimte en stilteplekken. Functiemenging.

Tijdens de PROVADA presenteerde APTO hun visie ‘Van stilstand naar dynamiek’. Hun oplossing voor nu leegstaande kantoren is het toevoegen van (functies) vierkante meters. Bekijk de informatie, spreek met APTO en je zult het ook geloven.

Micro-economie volgt functiemenging
Er ontstaan steeds meer kleine ondernemingen. Sommigen uit noodzaak: na massale reorganisaties beginnen veel ontslagen mensen voor zichzelf. Anderen om hun kansen te grijpen (zonder vijf jaar werkervaring): studenten die afstuderen op een onderzoek waarmee zij een eigen onderneming beginnen, zoals APTO en ik. Maar ook onder de niet-kantoorgebruikers ontstaan meer kleine ondernemingen. Winkeliers zien bijvoorbeeld ook hun kansen. Webshops maken het gemakkelijker en minder risicovol om je eigen winkel te beginnen.

De overheid reageert op deze ontwikkelingen en trekt 27 miljoen euro uit voor het midden- en klein bedrijf (MKB) door middel van een krediet-fonds. Het bedrijf Qredits dat dit fonds beheert maakt onderdeel uit van een netwerk van micro-financiers en starters-fondsen. Eigenbaas.nl toont een deel van dit netwerk. Ik noem het een trend: micro(krediet)financiering.

Waarom zijn we zo ondernemend? Ontstaan deze ondernemingen uit noodzaak? Komt het door de stijging van de jonge werkzoekenden en het stijgende aantal ww-uitkeringen (CBS 17-02-2011)? Danken we dit ondernemerschap aan de crisis? Vast. In ieder geval zien we dankzij de crisis dat onze macro-economie niet gezond was en maken we plaats voor een micro-economie. En bij een micro-economie past functiemenging. Omdat het niet logisch is om ons eigen kantoor tien of zelfs veertig kilometer van ons huis af te vestigen.