Frustratieinspiratie XII. Frustratieinspiratie is een serie van blogs die ik schrijf naar aanleiding van iets dat mij frustreert. Dit keer is het de focus op het realiseren van woningen in de stad in combinatie met het ‘overlaten aan de markt’ van ontwikkelingen. Deze blog schreef ik vanuit Utrechts Verbond.
Er moeten woningen komen, want deze stad trekt nieuwe inwoners aan. En woningen worden er gebouwd de komende jaren, ook ten koste van vele creatieve en maatschappelijke voorzieningen. Als we zo doorgaan, vrees ik dat we een woonstad worden. Een slaapstad. Onbedoeld en ongewild en onaantrekkelijk voor de nieuwe inwoners die hier komen voor Utrecht als bruisende stad. Dit is mijn grootste angst voor Utrecht en de vastgoedmarkt kan ons redden! Als de politiek dat wil.
Ruimte voor creativiteit
Als je rondfietst in Utrecht voel je de stad bruisen. Niet alleen in het centrum, maar ook in de wijken ontstaat steeds meer ruimte voor horeca, cultuur en creatieve werkplekken. De stad is het stadscentrum ontgroeid en wordt op haar eigen manier een grote stad, voor en door de inwoners. Maar er is één groot probleem: veel van deze nieuwe voorzieningen in de wijken zijn tijdelijk en maken de komende jaren plaats voor woningen.
Er komt dus steeds meer vraag, maar minder ruimte voor de creatieve industrie en maatschappelijke organisaties. De groten mogen gelukkig wel blijven en krijgen ook het meeste budget. Hoe oneerlijk dat ook is, ik ben heel blij dat ze er zijn. TivoliVredenburg, de Stadsschouwburg en het Centraal Museum zijn enorme culturele ontmoetingsplekken in Utrecht.
Talenten in de stad
Maar toch: dat op zichzelf is niet wat Utrecht maakt. Utrecht maakt Tivoli succesvol en Tivoli draagt bij aan haar stad. Want onze stad is een netwerk van sociale, creatieve en culturele organisaties. Zij maken de stad. Maar juist zij moeten het hardste vechten voor een eigen plek in Utrecht.
Creatieve industrie oorzaak en dupe van gentrificatie
In Merwede merk ik dat dergelijk initiatief de identiteit van de plek verbeterd heeft, bijdraagt aan gebiedsontwikkeling en het vermarkten van het gebied. Bijdraagt aan de gentrificatie. Maar waarom mogen initiatieven als deze dan niet blijven in een opkomende wijk?
We doen toch ook ons best om sociale huur te behouden in de stad? Om segregatie te voorkomen? Het debat over sociale huur is in de politiek veel sterker dan dat over de huisvesting van creatieve industrie en sociaal-maatschappelijke organisaties.
Wethouder Paulus Jansen heeft eens gezegd: “mijn ideaal is 40/40/20”. Hij streeft hiermee naar zo’n veertig procent sociale huur, veertig procent koop en twintig procent vrije sector huur. Een dergelijke verdeling en streven zou ook mooi zijn als het gaat om commerciële, creatieve en maatschappelijke ruimten.
Want binnenstedelijke gebiedsontwikkeling gaat over functiemenging. Over gemixte leefomgevingen: stadswijken. Daarom vind ik dat er een ideale mix van functies en voorzieningen in verschillende prijsklassen moet komen.
Mijn ideaal voor Utrecht, een voorstel aan het college
Mijn ideaal is een gemixte omgeving met ruimte voor commerciële, culturele en maatschappelijke ontwikkelingen, voor wonen, werken en ontmoeten. Mijn voorstel aan het college is om een dergelijke verhouding vast te leggen voor de stad en mee te geven als kader voor nieuwe ontwikkelingen. Ik heb een voorzetje gemaakt, ontwerp door Ingrid Nijhoff:
Als de politiek het wil
Enkelen zeker wel, maar lang niet alle ontwikkelaars en beleggers zullen meegaan in het ontwikkelen van een gemixte omgeving. Wonen geeft heel veel zekerheid, daar is veel vraag naar. Maar een woonstad is een slaapstad. Als Utrecht de stad wil blijven die zij is, hebben we de politiek nodig om een echt gemixte omgeving te creëren. Door dergelijke kaders te stellen kunnen we ruimte bieden aan de talenten van onze stad en zorgen dat Utrecht Utrecht blijft. Want met gemeentegrond en -vastgoed redden we het niet: beleid is om dat zo veel mogelijk af te stoten. Te verkopen aan de markt. En daarom kan alleen de vastgoedmarkt Utrecht redden, als de politiek dat wil.
Hallo Emilie,
Ik vind het spaak lopen danwel vertragen van de plannen voor Spoorzone Daalseweg uitermate zorgelijk, net als omwonenden die dwarsliggen bij geplande activiteiten van het Castellum Hoge Woerd, hmm, dat werkt de wording een bruisende stad niet in de hand. Moeten dit soort projecten meer doorgezet worden, moet er minder naar omwonenden worden geluisterd? Bemoedigend vindt ik de plannen van de Jaarbeurs, projecten als de Moreelsebrug, het Berlijnein, Utrecht verlaat inderdaad het stadshart en spreidt haar vleugels uit naar buiten, maar er moet ruimte blijven okr rommeligheid, rafelranden, stout, kraken en illegaal. Dat hoort er ook bij,
Gerald Jager